Een andere grens aan het DNA-onderzoek betreft de diversiteit van DNA in de door jou gekozen databank. Het aantal soorten geregistreerd DNA doen ertoe om jou te kunnen classificeren. Een lokale Nederlandse databank zal minder DNA hebben opgeslagen van Amerikaanse voorouders dan een grote Amerikaanse databank. En heb je geen Europese of Amerikaanse wortels, dan zullen er minder matches gevonden worden, en is de uitkomst minder specifiek: er is minder vergelijkingsmateriaal aanwezig.
Nog een aandachtspunt bij de testen is de mate van nauwkeurigheid van de uitslagen. In een recent onderzoek werden identieke tweelingen -dus broers en zussen met identiek DNA-materiaal- getest bij vijf testbedrijven, en werd tot vijf keer toe een ander resultaat verkregen. Met name de plek van origine bleek te variëren, maar ook het matchen met familieleden kende verschillende uitkomsten. Een van de DNA-bedrijven zag in 2018 het DNA van een hond (een golden retriever) aan voor menselijk DNA.
En dan is er nog de ‘pret-test’ die kan leiden tot onvoorziene uitkomsten. Onlangs kwam een tachtigjarige Amerikaan in het nieuws die na de test niet gelinkt kon worden aan zijn familie: niet aan zijn vader, maar ook niet aan zijn moeder. Bij nader onderzoek, bleek hij bij zijn geboorte in het ziekenhuis verwisseld te zijn met een baby die op dezelfde dag was geboren. Beide betrokken tachtigjarigen hadden nooit enige twijfel gehad over hun afkomst.
In de meeste gevallen zijn de resultaten minder schokkend. Maar toch: ga je die zoektocht aan, dan kunnen jij en je dierbaren geraakt worden door de uitkomst. Neem de tijd om de conclusies door te spitten: blijf zelf aan het stuur van jouw stamboomonderzoek.
0 reacties